Runraad: do's & don'ts bij lopen in de hitte

Het is al enkele dagen lekker warm, de eerste hittegolf van het jaar is een feit. Maar daarvoor hoeven we ons loopje niet te laten natuurlijk! Beter neem je een aantal maatregelen om je loopje in zo goed mogelijke omstandigheden te kunnen afwerken.

We geven je graag enkele tips mee voor een zo aangenaam mogelijke looptraining

1. Drinken/Drinken/Drinken: 
altijd al een gouden regel maar bij dit weer nog veel belangrijker. En het drinken begint ’s morgens al! Je moet de hele dag door voldoende drinken, niet enkel tijdens het lopen. Hoe beter gehydrateerd je aan je loopje begint, hoe beter je het zal verteren. Drink ook onderweg als het kan. En ook na het lopen vul je jouw vochtgehalte best zoveel mogelijk aan.

Tip: drink zoveel mogelijk gewoon plat water. Een frisse pint of een glaasje wijn smaakt best op een terrasje, maar door alcohol geraak je juist gedehydrateerd in plaats van gerehydrateerd.

Tip: meet je sweat rate (de hoeveelheid vocht dat je verliest tijdens het lopen), weeg je voor en na je loopje, je zou niet meer den 2% van je lichaamsgewicht mogen verliezen tijdens je inspanning.

2. Pas de dosering van je sportdrank aan: 
elke sportdrank geeft standaarddoseringen mee over hoe je de sportdrank moet maken. Iedereen past dit vermoedelijk al naar eigen smaak aan. Maar bij warm weer doseer je best nog wat minder, je hebt meer vocht nodig, en je lichaam neemt de koolhydraten minder snel op. Neem dus steeds een isotone sportdrank bij warm weer!

3. Bescherm je tegen de zon: smeer je goed in voor je vertrekt. Ga je voor een langer loopje? Neem extra zonnecrème mee om bij te smeren. Gebruik in 1 keer een hoge factor (minstens 30). Zet zeker een zonnebril op, liefst een sportmodelletje. Zo zijn niet enkel je ogen beschermd tegen de zon, maar wordt ook het zweet afgevoerd zodat het niet in je ogen loopt.

4. Pas je kleding aan: zorg voor lichte en ademende kledij. De meeste lopers hebben de katoenen t-shirt al even opzij gelegd, maar denk ook aan sportsokken zodat je voeten kunnen ademen.

Tip: de meeste warmte gaat weg via je hoofd. Als je een hoofddeksel opzet, kies dan voor een ademende looppet. Maak de pet wat vochtig zodat het extra kan verkoelen.

5. Pas je tijdstip/locatie aan: ga niet lopen op het heetst van de dag maar probeer een frisser moment uit te zoeken. Ook veranderen van locatie kan helpen: zoek een park met meer schaduw, loop in een lange tunnel en vermijd lopen op asfalt.

6. Vul je zouten en koolhydraten weer aan:  je verliest niet enkel vocht als je zweet. Zweet is zout dus je zouten gaan ook verloren. Let wel op: overdrijf niet met zout, want dan krijg je weer meer dorst.

7. Wees flexibel: uiteraard willen we allemaal graag ons schema afwerken, maar soms is het verstandig om een zwaardere training even te laten voor wat het is en een rustig loopje in de plaats te doen. Denk ook aan alternatieve trainingen die je zou kunnen doen (ga aquajoggen, zwemmen of maak een fietstochtje).